Vanaf onze kampeerplek klimmen we nog een paar kilometer naar de col en zoeven vandaar met een paar zwierige haarspelden naar beneden. Na weer een bocht knijpen we hard in de remmen voor een adembenemend uitzicht. We staan een paar honderd meter boven een onmetelijke zandvlakte. De woestijn! Zover het oog reikt, met alleen een paar vage losstaande bergmassieven aan de verre horizon.
We suizen de diepte in en niet veel later staan we voor het hek van de goudmijn van Akka. Daar houdt de weg op en verdwijnt een aantal pistes in de richting van de horizon. De portier wijst er één in oostelijke richting die we moeten hebben. Een kwartier later staan we weer bij hem, want bij de eerste de beste driesprong sloeg de twijfel weer toe.
Dat gebeurt nog een paar keer, want hoewel op onze kaart maar één weg naar het oosten staat aangegeven komen we regelmatig splitsingen tegen waar we moeten kiezen tussen pistes die in zuidoostelijke of in noordoostelijke richting in het niets verdwijnen. We hebben ook een paar gekopieerde bladzijden uit een pisteboek die we in Ait Baha van een Duitse fietser hebben gekregen. Die zijn soms handig, maar de route is andersom beschreven en geeft daarom niet altijd uitsluitsel. Bovendien hebben we geen GPS, dus aan de aangegeven coördinaten hebben we niet veel. Dat wordt onze eerstvolgende investering, besluiten we hier.
We rammelen flink doorelkaar op de stenige weg. Maar ja, dit wilden we graag en de rood-, bruin en geelgetinte vlakte is geweldig.
Op gevoel en grofweg het kompas volgend komen we toch aan in Bou Zarif. Het is een plaats waar we al weken over fantaseren. Een plek op de kaart, midden in de woestijn, ver verwijderd van andere plaatsen en zo’n beetje het meest zuidelijke punt op onze route. In werkelijkheid moet je er door een droge rivierbedding en over grote losse keien naartoe ploeteren en ter plekke blijkt het een nogal vervallen gehucht met enigszins in zichzelf gekeerde bewoners.
Er is wel een winkel. Die heeft geen brood, maar wel koekjes, bananen en water. Een deel daarvan gebruiken we ’s avonds als douche op onze kampeerplek in de woestijn.